Pasfoto

Ik zette bijna mijn voet op Mohammed B. Hij lag op de grond, net voor de eerste trede naar de treindeur.
    Ik ging op het klapstoeltje naast hem zitten.
    We keken even naar elkaar, Mohammed en ik, zoals forensen elkaar bekijken ?  niet onvriendelijk, maar direct oogcontact vermijdend.
    Er liep iemand langs die ook bijna op Mohammed ging staan.
    Ik raapte hem op. Het was een foto uit de Spits. Het uitgescheurde stukje papier had de vorm van een ei, maar de randen waren netjes omgevouwen, zodat er een pasfotootje overbleef. Het soort pasfotootje dat middelbareschoolmeisjes meedragen van hun vriendje.
    Mohammed keek ontspannen en een tikje mysterieus in de camera. Een meisje zou er goede sier mee kunnen maken op het schoolplein. De meeste pasfoto?s van vriendjes zijn slechter. De jongens kijken of hun laatste uur geslagen heeft ? vooral als ze lachen. Of het flitslicht accentueert het hagelschot aan rode punten waar het vet er niet in slaagt hun huid te doorbreken. Of hun voorhoofd glimt feller dan een spiegel.
    Nee, dan Mohammed. Het is mijn type verder niet, maar ik hou nou eenmaal niet van baarden.
    Een meisje had hem gezien in de Spits en hem even gekoesterd als pasfoto. En daarna gebeurde wat met de meeste vriendjes gebeurde. Ze werden achtergelaten en onder de voet gelopen.

[[image:mohammed.jpg::center:0]]