Familiebericht

Mijn ontbijtbordje stond op de opengeslagen krant. Op de pagina met overlijdensadvertenties, om precies te zijn. ‘Familieberichten’ heet die pagina in de NRC. Dat doet niet helemaal recht aan de inhoud – alsof je de bijbel aanduidt als ‘een verzameling teksten.’ Een overlijdensadvertentie is geen bericht, van familiaire noch andere aard, maar een kleinschalige vorm van performance art over de dood, omkaderd door een dun zwart lijntje.

Rouwen vind ik persoonlijk een van de mooiste kunstvormen, maar die mening wordt niet gedeeld door de subsidieverstrekkers.

Als het werkelijk ‘familieberichten’ waren, zouden de meeste inzendingen over ziekte handelen. “Ze hebben geprobeerd alles weg te snijden, maar je weet het niet, hè?” Ziekte heeft cliffhangers, de dood niet. De enige spanning in overlijdensadvertentie draait om timing: De gestorvene overleed onverwacht, dan wel na lang lijden. (Die twee omschrijvingen kunnen prima tegelijk van toepassing zijn, maar je treft ze zelden in dezelfde advertentie aan. Als je onverwacht dood gaat, is de vermelding van de lijdensweg niet meer relevant – zoals in een goedkope thriller het ook alleen om de ontknoping gaat. Bovendien worden overlijdensadvertenties per woord afgerekend.)

Op mijn ontbijtbordje lag een boterham met plantaardige leverworst. Niet voor mezelf, maar voor Vera. Af en toe eet mijn vrouw ook van die sojaworst. Als je zelf deelt in de ellende die je veroorzaakt, heet het geen onrecht meer, maar solidariteit.

Ik had nog niet gezien welke advertentie bedekt werd door het ontbijtbordje. Toen trok ik het bordje dichterbij om de boterham in hapklare brokjes te snijden.

(Morgen verder.)