Tegennatuur

Na vijf en een half jaar zal ik voor het eerst mijn naam prijsgeven. In die vijf en een half jaar heb ik af en toe een bericht ontvangen van mensen die meenden mijn naam achterhaald te hebben. Een keer zat er zelfs een weddenschap aan vast. Ik kan niet ontkennen dat het iets erotisch had, dat iemand je probeert op te sporen. Opgejaagd worden is ook een vorm van begeerte. En natuurlijk is er een element van voyeurisme. Ik kan iedereen aanraden zich te laten bespieden. Alleen als mensen het goed hadden geraden kreeg het soms een wat grimmige ondertoon. Alsof het raam tussen mij en de voyeur werd gebroken. De mevrouw van de weddenschap bleek die overigens te verloren te hebben. Op mijn vraag wat de andere partij nu gewonnen had, kreeg ik geen antwoord. Sowieso verdwenen de betreffende mensen meteen zodra hun nieuwsgierigheid bevredigd was. Begeerte is vluchtig, en daar is veel voor te zeggen. Eigenlijk wordt niemand er beter van, dat ik mijn naam prijsgeef. De voyeurs niet en ik niet. Maar ik wilde het boek onder mijn eigen naam uitbrengen. Uit ijdelheid, voornamelijk. Er waren andere overwegingen, maar die wantrouw ik. IJdelheid is een krachtige drijfveer. Dat ik nu mijn relatieve anonimiteit moet opgeven voelt als een gepaste straf. Ik ben al vijftien jaar niet meer in een kerk geweest, maar het idee dat ik straf verdien voor een persoonlijke zwakte blijkt niet aan erosie onderhevig. Misschien omdat ik elke keuze wantrouw die niets kost. Afijn. Het boek. De titel luidt: Tegennatuur. Het zal in november verschijnen. Over de flaptekst is nog niemand tevreden, maar voorlopig moet u het doen met de onderstaande omschrijving. Wat zou u er verder over willen weten? [[popup:Tegennatuur.jpg:(thumbnail)::0:center]] Als je geen wonderen kunt verrichten, ga je op de loer liggen en wacht je tot het leven een verdedigingsfoutje maakt. Grad Vaessen, een jonge wetenschapper, probeert te ontsnappen aan de trivialiteit van zijn werk en zijn leven. Een onderzoeksproject heeft hem naar Amerika gelokt en hij woont sinds kort in de kelderkamer van een Amerikaanse professor en diens gezin. Samen met de professor zoekt hij naar oplossingen om bedreigde diersoorten te redden. Zo ontdekken ze een wereld waarin miljarden worden uitgegeven aan heropvoedingskampen voor vissen, helikopters om vogels te tellen en geavanceerde controlecentra die zeldzame dieren observeren alsof het ruimtevaartuigen zijn. Ze ontmoeten mensen die elke werkdag van negen tot vijf wonderen proberen af te dwingen. Groots en meeslepend leven bestaat niet, denkt Grad. Maar dan verklaart de professor hem de liefde, dreigt diens vrouw haar keel door te snijden en denkt Grads geliefde dat ze de waarheid heeft gezien in een homobar. Ondertussen wacht hun onderzoek nog steeds op een wonder.