De borstkas van een Argentijn

Tijdens de lunch keek ik een deel van de halve finale tussen Nederland en West Duitsland van het EK van 1988. Die wedstrijd had ik nooit eerder gezien. Destijds boeide voetbal me niet. Ik herinner me dat ik met enkele klasgenoten in een Grieks restaurant aan de Rijksweg in Sittard zat. Tijdens het toetje hoorden we met enige tussenpozen claxonerende auto’s passeren. Geen van ons associeerde dat geluid met voetbal.
     Ik probeerde de verschillen te zien tussen voetbal van nu en dat van 1988. Die waren minder groot dan ik had verwacht. Wel viel me op dat de huidige obsessie met balbezit ontbrak. Beide teams probeerde snel naar voren te combineren en leken te accepteren dat de meeste van die pogingen zouden leiden tot balverlies. Je zou denken dat het spel daardoor aantrekkelijker werd, maar dat was niet zo. Het werd wel spannender.
    Andere detail: het feit dat men de bal nog mocht terugspelen in de handen van de keeper, maakt pressing nagenoeg onmogelijk. En juist daardoor was er weinig reden om terug te spelen op de keeper. Het gebeurde maar een handvol keren.
    Maar het meest opvallende was het morele universum waarin de strijd zich afspeelde, afgaande op het commentaar van Ten Napel. Terwijl Van Basten grossiert in schwalbes, klaagt Ten Napel over Duitsers die simuleren en kaarten aannaaien. ‘Dat hoort niet.’ De Nederlandse spelers maken meer overtredingen dan de Duitsers, maar het commentaar maant de Nederlanders aan om zich niet te laten provoceren dan de Duitsers.
    Er wordt wel eens gedaan alsof Wilders het slachtofferdenken heeft uitgevonden. Maar het is een nationale hobby.
    Een jaar of tien geleden kwam ik op een feestje in Berkeley een Amerikaan tegen die fanatiek voetbal volgde. Hij vertelde me dat Nederlandse elftal bekend stond als gemeen en achterbaks. Ik was geschokt door die mededeling. Nu denk ik: ook ik geloofde in de slachtofferrol. Ik herinner me nog de intense genoegdoening die ik voelde toen Bergkamp stiekem zijn noppen plantte in de borstkas van een Argentijn. Van dat genot ben ik nog steeds niet helemaal verlost.