Aantallen huilende mensen

Enige tijd geleden vroeg mijn vrouw me welke muziek er op mijn begrafenis gedraaid moet worden. Er was een aanleiding voor de vraag, maar die kan ik me niet meer herinneren. Ik geloof niet dat ik de dood ter sprake had gebracht.
    Er is een periode geweest, een jaar of tien geleden, dat ik vrienden schoffeerde door hun persoonlijk kwesties samen te vatten in vier woorden: angst voor de dood. Ik deed overigens hetzelfde voor mijn eigen persoonlijke kwesties. Ik had de dood ontdekt en hij bleek een handzame verklaring te bieden voor allerlei zaken waar ik mezelf mee kwelde op dat moment. Anderen waren er minder van gecharmeerd. Ze meenden dat ik hun vragen niet serieus nam. Ik geef toe dat mijn antwoorden wat eentonig werden, maar wat ernst betreft is de dood moeilijk te overtreffen – hooguit door de verloren WK-finale van 2010 of de metafysische vragen die mijn kinderen stellen. Zoals: wat is een gat?
    Bovendien gaf het verwijzen naar doodsangst  een zweem van diepgang aan de narcistische kwesties die ons als jonge dertigers bezig hielden. De beste rechtvaardiging voor een obsessie met jezelf is het feit dat je binnenkort ophoudt te bestaan.
    Laat ik zeggen dat mijn vriendendienst niet op waarde werd geschat. Het kwam zover dat gesprekspartners mij, nog voor ik iets had kunnen zeggen, interrumpeerden met de opmerking: ‘Ja ja, jij vindt dat weer angst voor de dood, natuurlijk.’
    Dat was meestal zo, maar door hun vroegtijdige onderbreking kon ik veinzen dat ik een ander antwoord in gedachten had gehad. Dat antwoord wenste ik niet langer mede te delen.
    Het is een wonder dat ik vrienden heb overgehouden uit die tijd. Twee, om precies te zijn.
    Het leed is hardnekkig. Vorige week nog, betichtte een van hen me ervan doodsangst te gaan opvoeren als verklaring voor zijn persoonlijke ongemak. Voor zover ik weet, heb ik dat al jaren niet gedaan. Maar het kan zijn dat hij daar anders over denkt.
    Afijn.
    Mijn vrouw vroeg dus naar muziek voor mijn begrafenis. Ik had meteen een antwoord, hetgeen verraadde dat ik hier vaker over nagedacht moest hebben. Vermoedelijk bezondigen de meeste mensen zich wel eens aan fantasieën over de eigen begrafenis, maar dat maakt het niet minder pathetisch. De eigenwaarde meten in aantallen huilende mensen. Aantallen verzonnen huilende mensen.
    Toen ik dit vorige week bij vrienden ter sprake bracht – inderdaad, dezelfde twee vrienden – kreeg ik prompt allerlei Youtube-filmpje toegestuurd. Nog net geen draaiboeken.
    Ik stelde me voor hoe de heren op tochtige perrons hadden gestaan of op de bank hadden gezeten naast een wrokkige geliefde en hoe ze kortstondig troost hadden gezocht in het beeld van hun eigen begrafenis. Als het om troost gaat, zijn veel middelen geoorloofd. Zo niet alle.